OMFT
Een scheve stand tussen het boven- en ondergebit wordt vaak veroorzaakt door duim-, vinger-, of speenzuigen, liplikken, mondademen, verkeerd slikpatroon of een verkeerde stand van de tong. Bekijk dit filmpje.
Een open beet bijvoorbeeld is moeilijk te verhelpen met een orthodontische behandeling door de tegenwerkende kracht van de tong.
Door de spierkracht te meten in en om de mond kan de logopedist bepalen of oro-myofunctionele therapie nodig is. Met deze therapie worden alle mondspieren in balans gebracht en verkeerde reflexen en gewoonten worden afgeleerd.
Ook is het aanleren van een goede slikbeweging belangrijk om op terugval na gebitscorrectie te voorkomen.
Het doel van de behandeling is dan de orthodontiebehandeling te ondersteunen en de kans op terugval nadat de beugel eruit is, te minimaliseren.
Kinderen die een beugel hebben gehad krijgen soms na verloop van tijd opnieuw problemen met scheefstaande tanden en kiezen. Vaak wordt de scheefstand veroorzaakt door verkeerd gebruik van de mond- en aangezichtsspieren. Bij kinderen die een beugel hebben gehad, gaat in ruim 30% van de gevallen het effect van de orthodontische behandeling zelfs in meerdere of mindere mate verloren (bron: P.Helderop)